Freaking kút Duitser! Ja sorry hoor, de zoveelste lámzak die weer niets laat horen. Ik wil verdorie naar het strand in Cambodja. Ik heb een megakater en ik zit hier een beetje in mn eentje te wachten totdat eindelijk de nieuwe eigenaar van ‘My big ass Precioussss’ langs komt lopen. Zo geweldig veel plezier als we hebben gehad, zo graag wil ik haar nu kwijt. My Precioussss, my sweet big ass Precioussss.
Kút motor.
Ik zit voor het hotel aan de balie bij de ondergelegen touristoffice. Ik kijk naar een heel klein en vooral dun Vietnamees chicky dat probeert ‘massage-boem-boem’ klanten te krijgen, zoals de touristoffice guy het benoemd. Ze loopt voor mijn hotel langs en spot een niet vervelend uitziende kerel al rokend voor het hotel naast mij. Ze knikt en wenkt hem. Het is direct te zien dat zij elkaar al kennen. Ik keek hem aan en hij mij. Toen wendde hij weer naar haar, knikte nee en liep zijn hotel weer in. Het was mij wel duidelijk wat daar gebeurde.
Een fietser komt voorbij met een mandje aan het stuur en een actetas erin. Hij heeft een ratel in zijn hand waar hij voortdurend mee ratelt. Ondanks dat iemand wellicht niet weet wat de betekenis ervan is, is het toch de meesten wel duidelijk dat er iets duisters mee bedoeld wordt. Massages met very happy ending uiteraard. En als het door de handsome dudes gedaan wordt die op de fiets zitten, dan zou zelfs ík dat niet vervelend vinden. Maar zij zijn vooral van de werving en selectie. Als ik één van hen net een fractie van een seconde te lang aankijk, gefascineerd dat ik ben door het hele straatbeeld, knipoogt hij. Ik knipoog terug. Gewoon omdat het kan en fascinerend is. Hij komt naar mij toe en zegt: “Massage?”. Ik bedank. “Marihuana?”. Haha, uiteraard komt dat erna. Ik bedank weer. Hij fietst door, terwijl de volgende al ratelend achter hem aan komt fietsen.
Links van mij zit een jong gastje op een geparkeerde scooter. Nou, zitten kan ik het bijna niet noemen. Hele dagen lang hangt hij op de scooter een beetje werkloos te zijn. Of op mijn motor die nog steeds te koop voor de deur staat. Tsja, die hangt uiteraard een stuk comfortabeler. Zijn ogen met een potlood onderlijnt, een legerbroek aan, een grote stoffen hoed op en zijn hele bovenlichaam volgetatoeëerd. Het lijkt een aardig jonkje van een jaar of 22 schat ik. Ik vraag mij af wat hij de hele dag nu eigenlijk aan het doen is. Echt veel contact met zijn omgeving maakt hij niet, maar hij is duidelijk wel aan het wachten. Op iets of op iemand.
Ik vraag de touristoffice guy waarom hij zo werkloos aan het hangen is. Hij antwoord in bovengemiddeld gebrekkig Engels dat hij zeker niet werkloos is. Hij is aan het wachten totdat er klanten naar hem toe komen. Een drugsdealer dus. Maar wel bijzonder want mij heeft hij nog niet eerder iets aangeboden, terwijl ik op straat regelmatig aanbiedingen krijg voor marihuana of coke. Ik zal wel zo’n hoofd hebben. De touristoffice guy verteld dat hij ook geen klanten zoekt, maar dat de klanten hem zoeken en wel weten te vinden als ze hem nodig hebben. Aha, een soort loopjongen dus gok ik. Hij is te jong en onzeker volgens mij om zelf de dealer te zijn. Zijn hoofd valt voorover en de folder in zijn hand valt op de grond. Verschrikt kijkt hij weer op om al snel zijn hoofd weer te laten vallen.
Het dunne Vietnamese werving-en-selectie chicky spreekt een man aan. Hij stopt en toont interesse. Ze praten kort. Hij stelt vragen en zij beantwoord ze. De man kijkt naar mij, lacht naar mij, wijst naar mij en vraagt het chicky of ik de masseur ben. Ik moet direct lachen. Gatver, het idee dat ik hem een happy ending moet geven. Blegh! Toch moet ik stiekem bekennen dat ik mij ergens ook gevleid voelde. Zo onder de indruk was hij van mijn onweerstaanbare verschijning. Zij schudt nee, hij glimlacht ongemakkelijk en voelt zich duidelijk betrapt. Met een knipoog glimlach ik breed terug. Al snel verplaatsen zij zich naar de overkant van de straat om aan de rand van het park te wachten op de daadwerkelijke hoer, om haar te keuren.
Na een minuut of 15 komt er een scooter langs rijden met het assortiment van vandaag achterop, zijnde 3 ckicky’s. Duidelijk klaar voor wat actie, zo te zien aan hun korte rokjes, hoge laarzen en strepless hemdje. Hij praat met het eerste chicky en lacht en keurt. Hij praat met het tweede chicky en lacht en keurt. Hij praat met het derde chicky en doet precies hetzelfde. De drie erg dunne dames staan er wat gemaakt ongemakkelijk bij.
Mijn aandacht wordt getrokken door een local met glad, vet, glijerig haar, die met zijn scooter de stoep op komt rijden. Hij vraagt de touristoffice guy naast mij naar de motor. Hij wijst naar mij en de gladjakker is zichtbaar verbaasd. Hij vraagt de prijs en hij zegt bijna voordat ik 600 dollar kon zeggen “thats to much”. Ja off course is dat to much. Duhhuh dat snap ik ook wel. Het spelletje begint. Hij benoemd al voordat hij de motor echt bekeken heeft dat hij een aantal dingen zal moeten fixen en dat hij hem zal verkopen voor maximaal $500,-. Hij heeft nu nieuwe staan voor minder geld, zo kon hij nu direct laten zien als ik wilde. Ik geloof het wel. Of nee, eigenlijk niet maar what ever. Hij blijft bij zijn $400,- en ik moet hem bellen als ik hem aan hem kwijt wil. Ik blijf bij mijn $600,- en hij moet mij maar bellen als hij hem wil kopen. Dan stapt hij op zijn scooter, maar rijdt niet weg. Hij wil toch een testrit maken. Prima. We ruilen sleutels en de glijer rijdt een rondje.
Terwijl de gladde man de testrit begint kijk ik weer naar het park. Crap, de man en het werving-en-selectie-chicky zijn verdwenen. Bummer, ik had wel willen zien of en met wie hij mee is gegaan. Een man op een fiets en 7 grote manden eraan vast gebonden stopt voor mijn neus om in de afvalzakken langs de stoep te kijken. Hij pakt er twee plastic flesjes uit, gooit ze in zijn eigen mand en fietst door.
Een jongen loopt voorbij terwijl hij zijn Nemo-automatische-bellenblaas-pistool op vol automatisch heen en weer zwaait. De straat is vervult met bellen. Een mooi gezicht. Dat wel. Om zijn schouder hangen nog een stuk of 40 Nemo’s en Dory’s. Een typisch en veel te dik kuttoeristenstel loopt voorbij en koopt zo’n belachelijk stom apparaat. Ze hebben geen idee wat er om zich heen allemaal afspeelt.
De gladde man belt de touristoffice guy naast mij en laat vragen of er nog benzine in de tank zit. Euh ja, hoezo? Hij staat stil in de straat vlakbij. Direct vind ik het raar. My Precioussss is er nog niet eerder zomaar mee op gehouden en ik realiseer mij ineens dat er best een kans in zit dat ik genaaid ga worden. Kut. Met heeeeel dikke peren. Na tien minuten laat ik de touristoffice guy terugbellen. Hij was weer gestart en onderweg hierheen. Weer bijna tien minuten later, zit ik toch op hete kolen en klaar om op de scooter van de gladde te stappen om een paar rondjes te gaan rijden. Gelukkig, daar komt hij aan. Iets met de dodemansknop die hij niet snapte en dat er dingen gefixt moeten worden. Pfff vieze, gladde pannekoek dattie is. Hij snapt er gewoon geen zak van en nu probeert hij interessant te doen. Toch maar even snel mijn motor gecheckt maar het lijkt goed. Er volgt nogmaals een heen en weer over de prijzen en we zullen elkaar wel bellen. Helaas weet ook hij dat ik moeite heb met de verkoop en misschien uiteindelijk niet veel keuze heb. Maar $400,- is echt te weing. Ik ben er wel klaar mee. Het is half elf en ik wil nog een vierde en laatste concert van Alicia Keys horen.
Op het moment dat ik mij klaar maak voor mijn korte wandeling naar café Thi, vertellen twee meisjes vsn mijn dormroom dat ze beroofd zijn van hun handtasje uit haar hand. En dat terwijl ze het hangsel om haar pols had gebonden. Vanmiddag waren er ook al twee dames met precies hetzelfde verhaal. Ik stap de deur uit en merk dat ik minder ontspannen door de straten loop door de gebeurtenissen van vandaag. Het voelt alsof ineens alle lowlifes, dealers en pooiers kunnen zien dat ik wat alert ben. En dat ik me wat opgesloten en ietwat onveilig voel hier in Ho Chi Minh. Fuck, I’m stuck, in freaking Saigon. Kút motor!
Mijn loopje was gelukkig niet lang. En halverweg de zijstraat hoorde ik Alicia Keys al uit volle borst zingen. Voor mij. Alleen voor mij. Het vierde concert op rij. Helemaal gratis en voor niets. Even heerlijk helemaal niets. Pure emoties. Wat kan mij die bike verotten. In zit hier in freaking Ho Chi Minh naar freaking Alicia keys te luisteren! Ik sluit aan bij een groepje locals die ik gisteren ontmoette en ik krijg direct en glas en een flinke scheut uit de jug met cocktail voorgeschoteld. Daar gaat mijn alcoholloze voornemen. Pffff ik was gisteren echt zooooo lam en nu dus een kater. Maar ach, je leeft maar één keer toch?
Ik hoor hetzelfde nummer als de drie avonden ervoor. Maar het interesseert mij geen moer. Ik word warm. Alicia Keys zingt voor mij en ik ben gelukkig. Ik luister, ik huiver, ik drink, ik maak vrienden en ik ga ontspannen weer naar huis. Op de terugweg zie ik die hoerenloper weer voorbij komen. Hij ziet mij en ik hem. beiden een glimlach en van mij een heel bewuste knipoog en we lopen door. Als ik aankom bij mijn hotel hoor ik met schelle stem het vertrouwde ‘One Dolla! One Noodle, very tjiep, one dolla!!’. Ik verschrans mij met nog 5 toeristen aan de eenvoudige maar zeker erg goede noodles van mijn grote vriendin, euh crap, hoe heet ze ook alweer…?, de noodle-lady dan maar. Dit terwijl de drugsdealer achter de gesloten balie van de touristoffice kruipt, zijn shirt uittrekt en gaat liggen. Ik peek over de counter, geef hem een knipoog en wens hem good night. Hij glimlacht ongemakkelijk terug en wenst mij met zijn blik hetzelfde. Morgen moeten we allebei weer volop zaken doen.